Het leven is een aaneenschakeling van hoogte- en dieptepunten, met daartussenin wat relatieve rust. Van vastgrijpen en van loslaten. Over dat laatste wil ik het even hebben.
He getver, toch niet weer van die zware kost?
He getver, toch niet weer van die zware kost?
Nee, het valt wel mee. Alhoewel het voor mij wel echt een dingetje voor de bank van de psychiater zou kunnen zijn. Zo diep joh?
“Overigens is het geen adellating, maar aderlating.”
Dankjewel voor je oplettendheid lieffie. Dat is inderdaad het woord dat je zou verwachten. Toch is het echt adellating in mijn geval.
Ergens diep in de vorige eeuw was er een pater. Bekend van de radio. Heel bekend zelfs. Pater Perquin. Niet een verzinsel zoals Dominee Gremdaat van Paul Haenen. Nee, een echte pater. Hij legde ergens rond negentienhonderdvijfentwintig de basis voor de KRO omroep. Ergens in negentienhonderdeenennegentig hield de KRO een grote reünie en iedereen met de naam Perquin was welkom. Hoe gezellig is dat. Na een diepgaand onderzoek en gegraaf in het verleden was er een boek gemaakt over de genealogie van de Perquintjes.
De link met deze pater en mij is dus het feit dat we dezelfde achternaam hebben.
Het boek bevatte goed nieuws voor mijn familie. Wat bleek, het geslacht Perquin stamt af van het geslacht Porquin. Een Italiaans adelijk geslacht. Een geldschietersfamilie in de vijftiende eeuw, van oorsprong met de naam Porchini. Marc Porchini, heerlijk!
Porchini, Porquin, adelijk, geldschieters, Italië. Het is bijna te mooi om waar te zijn. Inderdaad, ik kom daar zo even op terug….
Je voelt zelf wel dat er iets bijzonders met je is en dat je anders bent dan de mensen op straat. Beatrix had het, Amalia heeft het. Van kinds af aan wist ook ik het. En met het boek was het onomstotelijk bewezen. Ik ben van adel. Ik ben Italiaans. Mijn bloed is blauw. Ik ben niet anders gaan doen, niet anders gaan lopen of me anders kleden. Ik ben van adel, maar we doen gewoon. Voor zover mogelijk natuurlijk. Ook thuis veranderde er niets.
In een museum in Antwerpen lag het stamboomboek. Er is ook een wapen. Ja, alles er op en eraan dus. Ook ik heb een versie van die stamboom in huis. Mijn vader, mijn moeder, mijn broer, mijn twee zussen en ik staan er netjes in vermeld. Het wapen heeft een everzwijn. “Ik zie gewoon een wapen met een varken”, was het korte oordeel van mijn vader. Hij heeft hem overigens wel in een lijstje aan de muur hangen, hoor. Dat dan weer wel.
Op verjaardagen en als de sfeer ergens wat inkakte gooide ik mijn Italiaanse adellijke afkomst wel eens op tafel. Geen familiefortuin, geen landhuizen of kastelen, maar gewoon een vader die fabrieksarbeider was en hard werkte om zijn gezin te onderhouden.
Wat zijn we toch gewoon gebleven. Ik liet de aanwezigen met gepaste trots het familiewapen en het stamboek zien. “Kijk, daar sta ik”, zei ik dan met net iets te veel enthousiasme. Soms zag ik ontzag, maar meestal zette het alleen de lachspieren in werking. “Jij van adel? Het moet niet gekker worden”, was de meest voorkomende reactie.
Zo jammer.
Er is ook een website over de genealogie van het geslacht Perquin. Die liet ik ook soms zien. Maar op een dag niet meer. Het kon niet meer. Nooit meer. Adellating!
Op de website stond opeens een dreigend en zwaar omrand bericht. Een onheilspellend bericht. Een bericht dat alles veranderde.
Het onderzoek waarop het boek in de vorige eeuw was gebaseerd was niet erg zorgvuldig gedaan. Uit gemak waren er wat dingen aan elkaar geknoopt en waren er wat voorbarige en snelle conclusies getrokken. Blijkbaar was het boek ter nagedachtenis aan onze pater niet smeuïg genoeg.
Pijnlijke conclusie. Alle Perquintjes in Nederland stammen af van de stamvader Jean Perquin, geen twijfel over mogelijk. Maar er is nergens ook maar iets te vinden dat een link met het Italiaanse geslacht Porquin of Porchini ondersteunt. Het is volstrekt onaannemelijk zelfs. We komen niet uit Italië, maar gewoon uit de zuidelijke Nederlanden zoals het toen heette. Wat een domper op de feestvreugde. Weg is mijn verhaal op verjaardagen. Weg status.
Het kon ook eigenlijk niet. Italiaanse geldschietersfamilie. Bij mij schiet het geld er alleen maar uit. Dat had al een teken moeten zijn.
Maar het maakt me niets uit. Ik ben trots op mijn bijzondere naam. Trots op mijn bijzondere familie, adellijk of niet.
U zijt gegroet.