Nee, met mijn ogen is niets aan de hand.
Alhoewel je er onderhand wel aan zou gaan twijfelen. Als je vroeger naar een tekenfilm of cartoon zat te kijken moesten je ouders je vaak gerust stellen. “Wees maar niet bang, het is niet echt.”
Maar die tijd is voorbij. Die historische scheidingslijn tussen echt en nep is voorgoed weggevaagd. Vanaf nu kun je kinderen niet meer helpen. Het is ieder voor zich. Inmiddels zijn de figuren uit de cartoons van toen de bewoners van de echte wereld.
Lippen.
Alweer? Ja alweer! Ik heb er namelijk last van. Medisch gezien. Last van staar!
Ik kan het niet bedwingen. Niet negeren. Niet tegenwerken. Ik moet kijken. Steeds opnieuw. Steeds vaker. Steeds langer. Staren tot het ongemakkelijk wordt. De één krult nog meer dan de andere en bij sommigen is het zo gek dat d’r bovenlip de hele dag aan d’r neus kriebelt.
Van de week dacht ik dat er bij mijn gezellige winkelcentrum een springkussen voor kinderen was neergezet. Prachtige felle kleuren. Een festijn! Maar, nee. Geen springkussen.
Inderdaad, botoxlippen!
Enorm waren ze. Ik kon amper haar gezicht nog zien. Haar neus leek een pukkeltje op haar bovenlip. Ik verwachtte ieder moment een explosie waar de oerknal bij zou verbleken. Ik zag het al voor me bij het journaal.
“Barendrecht opgeschrikt door enorme explosie. Winkelcentrum volledig weggevaagd na ontploffing van springkussen. In eerste instantie gingen de autoriteiten uit van een terroristische aanval op een attractie, maar uit onderzoek door de recherche is gebleken dat het ging om exploderende lippen”