We hebben een plicht. Sterker nog, het is meervoud. We hebben zorgplichten. Jij, ik en iedereen om ons heen. Rondzwalken op deze planeet is niet vrijblijvend.
Tegelijk met je geboorte heb je verplichtingen meegekregen zonder dat je het wist. Pas gaandeweg wordt dat duidelijk. Eerst heb je kleine plichten en die breiden zich verder uit.
Belasting is een plicht. Dat is er overigens wel eentje waarvan je steeds van iedereen zult horen en leren dat je voornamelijk moet kijken dat je zo min mogelijk betaald en liefst helemaal niet. Afhankelijk van het milieu waar je in beland bent is dat net op het randje van de wet of er grof overheen.
Maar er zijn meer plichten. Omkijken naar anderen bijvoorbeeld. Dat is er eentje die een flinke groep inmiddels niet meer kent. Het gaat om jou en de rest kan oudhollands gezegd de tering krijgen. Maar gelukkig hebben de meeste mensen het hart nog op de juiste plaats, een IQ groter dan de schoenmaat van een peuter en hebben een paar hersencellen meer.
We hebben ook een zorgplicht voor de aarde.
Daar slaan we de laatste tijd met plastic flesjes, plastic bakjes en blikjes een tikkeltje in door, maar het is waarschijnlijk goedbedoeld. We hebben met het statiegeld wel onze zorgplicht voor de zwervende medemens aardig opgekrikt. Die lachen hun ballen uit hun broek.
Ik besef me dat die laatste grap eigenlijk niet meer kan. Het is niet gender neutraal. Vrouwelijke zwervers hebben geen ballen in hun broek. De wereld wordt steeds complexer.
Maar we slaan soms door. Zorgplicht heeft ook zijn grenzen.
Ik zat weer eens te struinen op nu.nl voor belangrijke weetjes en inspiratie.
Ik citeer:
“Isolatiebedrijven en woningeigenaren moeten voor ze spouwmuren isoleren goed onderzoeken of daar vleermuizen in zitten. Met een camera in de ruimte tussen de muren kijken is niet voldoende.”
Einde citaat.
Mijn nieuwsgierigheid nam de overhand. Ik voelde nattigheid.
We citeren verder.
“Vooral kleine dwergvleermuizen kruipen in spouwmuren. Als die worden volgespoten met isolatiemateriaal, is dat slecht voor de dieren. Ze kunnen er zelfs aan doodgaan. De kans is groot dat ze bij onderzoek met een camera over het hoofd worden gezien, want een dwergvleermuis is maar zo groot als een luciferdoosje.”
Einde citaat.
We leggen tegenwoordig voor één vogel, een ei of ander dierlijke medebewoner van onze aarde volledige bouwplannen plat. Soms terecht, vaak totaal doorgeslagen.
Ik snap dat het niet fijn is dat je als Vera de vleermuis gezellig in de spouwmuur van Henk en Ingrid zit, als daar opeens een lading plakkerige troep in je snavel wordt gespoten. Heel je nestje naar de klote en de uitgang geblokkeerd. Niet fijn.
Maar, hoe gaan we in hemelsnaam door muren heen kijken of er heel toevallig misschien een beetje een vleermuis woont zo groot als een lucifersdoosje? Dat weten ze blijkbaar zelf ook niet. Dus wat doen we dan in Nederland? Dan gaan we een klein budgetje vrijmaken voor een klein onderzoekje.
Ik citeer weer.
“Het ministerie van Binnenlandse Zaken zegt in een reactie grootschaliger onderzoek landelijk te willen uitrollen. Daar is al 44 miljoen euro voor uitgetrokken. De regeling ligt tot 9 september ter consultatie: belanghebbenden kunnen er tot die tijd op reageren.”
Einde citaat.
U leest het goed. Vierenveertig miljoen euro.